Na ontslag uit het ziekenhuis heeft iemand vaak nog thuiszorg nodig. Ook in deze branche zijn de personeelstekorten helaas goed voelbaar. Bij het Maastricht UMC+ knelde het enorm dat patiënten niet uit het ziekenhuis ontslagen konden worden, simpelweg omdat er geen thuiszorg beschikbaar was. Dankzij de Academie voor Patiënt en Mantelzorger (APM) kunnen patiënten en hun naasten nu een groot deel van deze zorg zelf oppakken. Daardoor zijn wachtlijsten korter, neemt de zelfredzaamheid toe en vermindert de druk op de (thuis)zorg.

Zelf in de regie

Niet naar huis kunnen, omdat er geen thuiszorg beschikbaar is: een vervelende situatie voor patiënt én ziekenhuis. Het Maastricht UMC+ greep in en zette met projectgelden van het Innovatiefonds Zorgverzekeraars de Academie voor Patiënt en Mantelzorg (APM) op. Hier kunnen patiënten en hun mantelzorgers zorghandelingen leren om thuis zelf uit te voeren. Denk hierbij aan wondverzorging, steunkousen aantrekken en injecteren. Patiënten kunnen vervolgens sneller naar huis en hebben minder thuiszorg nodig. Hierdoor neemt de druk op de zorg af en neemt uiteindelijk de kwaliteit van zorg ook toe.

De Academie sluit bovendien aan op de wens van patiënten en mantelzorgers om een actievere rol te spelen in hun eigen gezondheid. Deze grotere zelfredzaamheid is belangrijk, want het zorgt voor verhoogde therapietrouw, verbeterde kwaliteit van leven en beter passende behandelingen. De cijfers bewijzen dat dit bevalt: van 335 bevraagde deelnemers heeft 88% de aangeleerde handelingen zelfstandig uitgevoerd, en voelde 97% zich voldoende veilig om dat zelfstandig te doen.

“Het is inspirerend om te zien hoe patiënten, door de juiste ondersteuning en educatie, in staat zijn om de controle over hun gezondheid terug te krijgen.”
– Medewerker –

Leren via de Academie

Wat de APM uniek maakt, is hoe structureel en grondig de organisatie is opgezet. Er bestonden al andere initiatieven waar mensen zorgtaken werden aangeleerd, maar nog nergens zo gecentraliseerd en met zo’n breed aanbod als in Maastricht. De activiteiten zijn in drie categorieën te verdelen: instructies van verpleegtechnische handelingen, begeleiding bij e-health, en educatieprogramma’s voor het leven met een chronische ziekte. Het volledige overzicht is hier te vinden.

Bij de APM kunnen zorgverleners zelf ideeën inbrengen. De zorgtrainingen worden vervolgens gegeven door speciaal opgeleide verpleegkundigen. Ze zijn beschikbaar voor zowel poliklinische als klinische patiënten. Door deze aanpak wordt de kwaliteit, uniformiteit en beschikbaarheid van de activiteiten gewaarborgd.

Kansen voor de toekomst

De APM loopt goed, maar het Maastricht UMC+ ziet nog volop kansen om het initiatief en de trainingen te verbeteren. Zo kunnen bijvoorbeeld andere soorten zorg en patiëntgroepen worden toegevoegd aan het lesprogramma. Ook wordt wetenschappelijk onderzoek gedaan naar het programma. Die resultaten gaan ongetwijfeld leiden tot nog meer verbeterkansen.

Prachtig nieuws is dat de APM landelijk wordt opgeschaald: in een 2-daagse opleiding deelt het ziekenhuis hoe andere zorgorganisaties een vergelijkbaar trainingscentrum kunnen opstarten of doorontwikkelen. Aanmelden voor de opleidingen in januari en maart 2024 is nog mogelijk!

Tips voor anderen

Voor zorgorganisaties die graag ook een APM willen opzetten heeft het Maastricht UMC+ drie tips:

Zorg ervoor dat de drie belangrijkste groepen (zorgprofessionals, patiënten en mantelzorgers) vroegtijdig en gedurende het hele traject betrokken zijn. Denk hierbij ook aan stakeholders als mantelzorg- en patiëntenverenigingen.

  • Investeer in adequate, praktische opleiding en training van je zorgprofessionals. Zorg ervoor dat deze trainingen goed passen bij de behoeften en capaciteiten van deelnemers. Durf op zoek te gaan naar de ‘pijnpunten’ qua kennis in je organisatie en begin daar waar je een probleem op kunt lossen.
  • Het is belangrijk goed te evalueren tijdens het verandertraject. Verzamel feedback en data over de effectiviteit en impact, en wees bereid de aanpak bij te stellen op basis van deze inzichten.
Meer lezen?

Wil je meer weten of heb je vragen over dit Koploperinitiatief? Neem contact op met Marion van Mulekom

Initiatiefnemer van dit project
Marion van Mulekom
Coördinator
043 – 38 71 468 Stuur een e-mail